IJsvogel
Herkenning
Onmiskenbaar blauw en oranje gekleurd. Beetje plomp gebouwd met korte staart en een grote kop en snavel. Witte keel en zijhals. Vleugels en kruin groenachtig blauw met een helderblauwe rug en stuit. Zit vaak rechtop op een laaghangende tak boven het water te loeren naar visjes. Vliegt luid roepend over het water en is dan goed te zien. Vrouwtjes hebben een oranjerode snavelbasis, bij de man is die zwart.
Leefgebied
IJsvogels nestelen liefst langs langzaam stromende beken. In mindere mate wordt ook bij stilstaande, visrijke wateren genesteld. Ze komen voor bij meren, moeras, oevers, park en tuin, plassen, rietland en ruigte, rivieren en vennen. IJsvogels duiken in helder, liefst stromend water naar bij voorkeur visjes maar ook naar waterinsecten. IJsvogels stellen prijs op enkele bomen of struiken langs de oever, bij wijze van uitvalsbasis. Zitten dan vaak stil op een laaghangende tak boven het water te loeren naar visjes. Voordat hij duikt 'bidt' de ijsvogel even boven het water.
Voedsel
Het liefst visjes maar ook waterinsecten zoals libellenlarven. Vissen worden mee naar de zitpost genomen en daar eerst tegen een tak geslagen voordat ze worden doorgeslikt. Jaagt vanaf een zitpost en bidt ook regelmatig. Duikt in het water om zijn prooi te pakken.
Bron: www.vogelbescherming.nl
Maak jouw eigen website met JouwWeb